Komedie door Filip Santens in regie van Marjan Deschacht.
Baron Jean-Christophe d ’Etienne de Saint-Louis, mijnheer Jean voor de vrienden, is overleden. Mijnheer Jean was een bon vivant pur sang. Hij hield van mooie vrouwen, lekker eten en drinken.
Hij wandelde, dank zij zijn familiefortuin, zorgeloos door het leven. Zijn plotselinge dood – hij overlijdt aan een hartaanval – wordt volledig toegeschreven aan zijn liederlijke levensstijl. De baron ligt de dag na zijn dood opgebaard in zijn bibliotheek die tevens dienst doet als werkkamer. Zijn trouwe knecht Firmin, die samen met zijn vrouw Madeleine inwoont op het kasteel, is druk in de weer. Hij verwacht namelijk heel wat bezoek. De familieleden van mijnheer Jean komen op verzoek van de notaris naar het kasteel. Er zouden wat problemen zijn met het testament van mijnheer Jean. Zijn enige neef jonkheer Georges de Deerlycke Platse, zoon van de zus van mijnheer Jean en zijn bazige vrouw Madame Arlette komen de erfenis opeisen. Er zijn echter kapers op de kust. Enkele weken voor zijn dood kreeg mijnheer Jean een brief van een vroegere minnares. De vrouw lag op sterven. Ze wilde mijnheer Jean laten weten dat hun verhouding van vijfentwintig jaar geleden niet zonder gevolgen was gebleven. Kort na het beëindigen van hun relatie ontdekte de vrouw dat ze zwanger was. Ze schonk het leven aan een tweeling, Gino en Gina Nolf. De notaris slaagt erin om de tweeling op te sporen. Ze verzoekt hen om ook naar het kasteel te komen. Oh ja, om het verhaal te kruiden komen er ook twee inbrekers, een politie-inspecteur en een hulpagent aan te pas….